Research repository
Scriptie: De geefrelatie tussen beeldend kunstenaar en mecenas
De laatste jaren is er een beweging in gang gezet, waarbij de overheid steeds meer ruimte geeft aan de particuliere ondersteuning van kunst en cultuur. De mecenas die een kunstenaar ondersteunt in diens kunstenaarschap is één van deze vormen van particuliere ondersteuning. Het probleem is dat er naar de relatie tussen mecenas en kunstenaar nauwelijks onderzoek is gedaan en dat het Nederlandse onderzoek zich beperkt tot het perspectief van de mecenas op deze relatie, of gaat over begunstigers en hun protegés uit het verleden. Een aanvullend onderzoek is daarom nodig.
Het doel van dit onderzoek is om te achterhalen of er patronen te ontdekken zijn in de kans op het slagen of falen van een geefrelatie tussen een hedendaagse beeldend kunstenaar en diens mecenas. Deze informatie kan bijvoorbeeld gebruik worden voor een bemiddelingsbureau, waarbij weldoeners en kunstenaars aan elkaar gekoppeld. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt dan ook: Wat zijn de succesfactoren en bedreigingen in de geefrelatie tussen de beeldend kunstenaars en mecenassen de provincie Gelderland, zowel bekeken vanuit het perspectief van de mecenassen als dat van de beeldend kunstenaars?
Deze vraag wordt aan de hand van de volgende thema’s beantwoord, namelijk de rol van het weldoenerschap van de mecenas in de kunstwereld, de selectiemotieven- en criteria van zowel kunstenaar als mecenas om de geefrelatie aan te gaan, de impact van de geefrelatie tussen beeldend kunstenaar en mecenas op de productie en distributie van het kunstwerk, en tot slot de geefmotieven van de mecenas en het evenwicht in de wederzijdse geefrelatie tussen beeldend kunstenaar en mecenas.
De informatie voor het beantwoorden van de hoofdvraag is verkregen aan de hand van een literatuuronderzoek en het afnemen van interviews met zowel hedendaagse beeldend kunstenaars als weldoeners; waarbij het theoretisch kader – gevorm door de theorieën van de sociologen Aafke Komter, Howard Becker en Pierre Bourdieu – een belangrijke leidraad vormde. Uit dit onderzoek blijkt dat er zeer veel verschillende succesfactoren en bedreigingen in de geefrelatie te vinden zijn, die bepaalde patronen volgen. Zo is het van belang dat beiden partijen dezelfde artistieke conventies delen, een redelijk gelijke positie in het artistieke veld bekleden, en dat in deze classificatiestrijd de mecenas vooral economisch en de kunstenaar hoofdzakelijk cultureel kapitaal bijdraagt. Verder is het belangrijk dat de mecenas de artistieke autonomie van de kunstenaar erkend, en dat hij zich gedeeltelijk kan vereenzelvigen met het – soms onsympathieke en risicovolle – kunstenaarspersonage. De kunstenaar moet zich realiseren dat volledig autonomie onhaalbaar is en de weldoener betrekken bij de distributie en productie van zijn kunstwerk. Bij de giftuitwisseling moeten beiden partijen elkaars identiteit zo volledig mogelijk erkennen, dankbaarheid tonen, en ervoor zorgen dat geen van de partijen te afhankelijk wordt van de ander. Ook moeten er heldere afspraken gemaakt worden ter voorkoming van wantrouwen.
Dit onderzoek vormt een goed startpunt om de mecenaatsrelatie tussen kunstenaar en mecenas inzichtelijker te maken. In toekomstig onderzoek, met een grotere hoeveelheid aan onderzoeksobjecten en kunstvormen, en een beter evenwicht in geslacht van de geïnterviewde, bekeken vanuit een ander theoretisch kader, kan bestudeerd worden of deze patronen gevalideerd kunnen worden.
Lees meerAuteur: Roos Ticheler MA