Knowledge Centre Patronage Studies

Research repository

Scriptie: Mecenaat in de hoofdrol

Een onderzoek naar de zelfpresentatie van mecenaat door presenterende theaterinstellingen

Dit onderzoek richt zich op de manier waarop Nederlandse theaters zichzelf presenteren naar hun particuliere gevers. De aandacht voor particuliere giften aan culturele organisaties is in de laatste jaren toegenomen. Echter, de Podiumpeiler van 2014 van de Vereniging van Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD) liet zien dat de particuliere giften afnemen. Deze afname leidt tot de onderzoekvraag: Hoe presenteren theaterinstellingen het mecenaat aan (potentiële) particuliere gevers? In dit onderzoek wordt mecenaat gedefinieerd als giften van €1.000 of meer.

 

Het theoretisch kader van dit onderzoek bestond uit twee benaderingen van een kunstwereld en cultureel veld volgens sociologen Howard Becker en Pierre Bourdieu. De benadering van een cultureel veld van Bourdieu lijkt restrictiever dan de niet-restrictieve interpretatie van Becker. Deze verschillende interpretaties van een kunstwereld en cultureel veld hebben gefungeerd als interpretatiekader. Vanuit dit interpretatiekader is de zelfpresentatie van het mecenaat van de presenterende theaterinstellingen onderzocht. Dit heeft ertoe geleid dat de tegenprestaties van een mecenaatsrelatie konden worden gezien als het verlenen van cultureel kapitaal of het verschaffen van toegang tot de collectieve activiteit van het maken van een kunstwerk.

Volgend op het theoretisch kader is ingegaan op mecenaatsliteratuur, bestaande uit de geeftheorie van sociologe Aafke Komter en de mecenaatsonderzoeken van Helleke van den Braber en Renée Steenbergen. Hieruit is gebleken dat een geefrelatie wederkerig is en bestaat uit een continue ‘schuldbalans’. De mecenaatsvormen zijn onderscheiden als materieel of symbolisch. Binnen dit onderscheid is een verdeling gemaakt tussen productiegericht of distributiegericht mecenaat. Het collectieve mecenaat kan worden onderverdeeld in informeel collectief en geïnstitutionaliseerd collectief. Deze laatste mecenaatsvorm is geconcretiseerd door middel van de vriendenkring, geefkring en major donors. De geefrelatie en mecenaatsvormen zijn opgenomen in de topiclijst aan de hand waarvan de analyseanalyses zijn verricht. In deze analyses is onderzocht in hoeverre uit de zelfpresentatie van het mecenaat blijkt of er sprake is van een geefrelatie tussen de presenterende theaterinstelling en particuliere gever of dat de zelfpresentatie van het mecenaat meer overeenkomsten vertoonde met een transactie waarbij de gever de benoemde tegenprestaties ‘koopt’. Daarnaast is met behulp van de genoemde mecenaatsvormen bepaald welke mecenaatsvormen door de presenterende theaterinstellingen zijn gepresenteerd in de zelfpresentatie van het mecenaat.

In het methodologisch kader is de onderzoeksmethode en de te gebruiken topiclijst gepresenteerd. Deze onderzoeksmethode is opgesteld met behulp van het begrip van zelfpresentatie volgens socioloog Erving Goffman en verschillende zelfpresentatiestrategiën volgens de sociaalpsychologen Edward Jones en Thane Pittman. Ter aanvulling hierop is het golden circle-model van Simon Sinek toegevoegd om ook de beredenering van de theaters mee te nemen in de analyse van de zelfpresentatie van het mecenaat. De topiclijst had betrekking op het begripsgebruik van de presenterende theaterinstellingen, de tegenprestaties van de mecenaatsmogelijkheden, de zelfpresentatiestrategie van het mecenaat, het ‘waarom’, ‘hoe’ en ‘wat’ en de volgorde hiervan, de typering van de mecenaatsrelatie als geefrelatie of transactie en de mecenaatsvorm van het mecenaat van de theaters.

Lees meer
Terug naar het overzicht